Zaterdag 29 maart 2008 – 'Het hart is het laatste dat oud wordt...'

Deze tekst gaat over ‘veerkracht’, in het engels ‘resilience’, komt van het Latijnse ‘resilio’: terugkomen, terugspringen, ‘verder’. En dus over het boek van de psychoanalytica Polly Young-Eisendrath (foto).

Het grote boek van Sartre heet ‘Het Zijn en het Niets’. En het gaat ergens over. Alles wat er is, alles wat je weet, alles wat je kunt aanwijzen, dat heet ‘Zijn’. Maar ik – en jij... – we zijn mensen. Ik val niet onder de categorie ‘Zijn’. Ik ben geen exemplaar van een soort, jij ook niet. Ik ben geen ‘ding’; een ding ‘is’ alleen maar wat het is, ingesloten in zichzelf, ‘en soi’ zegt Sartre. Maar ik – en jij – ‘zijn’ er in zekere zin ‘nog niet’. ‘Wat ik ben, dat ben ik niet. Wat ik niet ben, dát ben ik,’ zegt Sartre. Ik ben een ‘nee’ tegen het botte zijn. En in dat ‘nee’ zit de wil om te ‘worden’. ‘Pour soi’, zegt hij.

Er is een plekje in je beleven, in je leven, waar dat wat er is je beweegt. Nog een keer lezen: 'dat wat er is' beweegt je. Dat gebeurt op de grens van 'Zijn' en 'Niets', zoals Sartre het noemt, daar waar je het 'zijn' aanpakt om het te veranderen, daar waar je 'wordt', daar waar de 'beweging' begint, daar waar je naar buiten komt, ex-isteert. En in die hele nieuwe sfeer die je dan ontdekt, waar je in terechtkomt - geen 'Zijn', maar eigenlijk 'Niets' (vanuit 'Zijn' bekeken...) - ga je jezelf 'worden'. En dan herhaalt zich de eerste levenskreet van de baby, maar dan anders. Die plek waar 'dat wat er is' jou beweegt, noemen we 'hart'.

En dat is het gevecht, the struggle for life, de inspanning om te 'worden', de ‘conatus essendi’, zegt Spinoza. ‘In de krijgskunst heeft sterven voor je meester grotere verdienste, dan het neerslaan van een vijand,’ kun je lezen in de Hagakure, het handboek van de Samurai. Deze zin kom je vaak tegen in de Hagakure: ‘"When your own heart asks," is the secret principle of all the arts. It is said that it is a good censor.’
En in hoofdstuk 10 staan de mooie zinnen:
If in one's heart
he follows the path of sincerity,
though he does not pray
will not the gods protect him?
What is this path of sincerity?"
A man answered him by saying,
"You seem to like poetry. I will answer you with a poem.
As everything in this world is but a shame,
death is the only sincerity.
It is said that becoming as a dead man in one's daily living is the following of the path of sincerity."

Doodsverachting? Juist niet. 'De liefde is sterk als de dood,' wist het Hooglied al. Er is dus een strijd - niet van leven op dood - maar van liefde op dood... het hart is de echte strijder. 'Volg de weg van je hart - als je durft...,' zegt de Hagakure. Echt moed ligt in het gaan van de weg van je hart.

Het oude handboek van de Samurai, de Hagakure, ademt die sfeer van de strijd. Hagakure (In de schaduw van gebladerte) is een handboek voor de samurai-opleiding, dat bestaat uit een serie korte anekdotes en overdenkingen die inzicht en onderricht bieden in de ware geest van Bushido – de Weg van de Krijger. Hagakure beschrijft een geesteshouding die ver afstaat van ons ‘moderne’ pragmatische appèl op ons mens-zijn, door te benadrukken dat Bushido een 'Weg van Sterven' is. Alleen een samurai-adept die elk moment bereid is vrijwillig te sterven, kan volledige trouw zijn aan zijn Heer.
Aanvankelijk was Hagakure een geheime tekst, slechts bekend aan de krijgsvazallen van het Hitzen-leengoed waartoe de auteur Yamamoto Tsunetomo behoorde. Later werd deze tekst erkend als de klassieke uiteenzetting over het gedachtegoed van de samurai en beïnvloedde vele opeenvolgende generaties, tot op de dag van vandaag. In het Westen kreeg Hagakure grote bekendheid door de recente film 'Ghost Dog, the Way of the Samurai' van Jim Jarmusch.

Yamamoto Tsunetomo (1659-1719) was een samurai-adept van de Nabeshima-clan, Heren van de Hitzen-provincie. Hij werd boeddhistische monnik in 1700, nadat de sjogoenale regering de praktijk van tsuifuku - zelfmoord van een adept bij de dood van de Heer – had verboden. Hagakure is gedicteerd aan een jongere samurai tijdens een zeven jaar durende relatie.

Wie is in jouw leven 'de Heer'? Wie is je toevlucht?

Een scene uit de speelfilm Rocky Balboa (vandaag met Ap gekeken!), over een vechter die voor een zwaar gevecht staat:
‘I’m scared to death. The world is a mean and nasty place. And I don’t care how tough you are, it will beat you down to your knees and keep you there permanently if you let it. Niks is zo hard als het leven zelf. You or me or nobody is gonna hit as hard as life, but it ain’t about how hard you hit, it’s about how hard you get hit and keep moving forward, how much you can take and keep going forward. That’s how winning is done. Now, if you know what you’re worth, then go on and get what you’re worth. But you gotta be willing to take the hits en niet anderen aanwijzen als schuldigen als je niet bereikt wat je wilt. Zolang je niet in jezelf gelooft, heb je geen leven.’

Dat is de spirit van de Hagakure. En van Sartre, van Spinoza. En ook van Zen, ten diepste: niet opzij gaan, met open ogen leven en méér als het moet... En je ziet de dingen alleen goed als je kijkt met je hart, zei A. de Saint-Exupéry al in het fameuze boekske 'Le petit prince'.

Ik ga hier niet veel over zeggen nu. Met name in Soto-Zen concentreer je je op de oer-kracht van je leven, ‘ki’, die voor het eerst naar buiten barst als de pasgeborene ‘vecht’ voor zijn leven. Het leven vecht ‘in’ het kind, en dat blijft zo. Die wil en die kracht, die ‘ki’, zeggen de Zen- en Tao-meesters huist nog altijd in je. Rocky Balboa – die mafkees – noemt het ‘the beast in the basement’.

De psychoanalytica Polly Young-Eisendrath schreef een mooi boek met de titel: ‘The Resilient Spirit: Transforming Suffering Into Insight and Renewal’. ‘Resilient’ betekent: ‘veerkrachtig’. Over dat boek ga ik het later nog eens hebben.